Waar heb ik recht op na het overlijden van mijn huwelijkspartner?

Eind 2021 keurde de regering de hervorming van de overgangsuitkering goed: de duur van de overgangsuitkering wordt verlengd en het minimumpensioen (in het werknemerstelsel) wordt gegarandeerd. Een lichtpuntje in moeilijke tijden dus voor veel weduwen en weduwnaars.

Als een huwelijkspartner overlijdt, wacht een berg administratieve zaken die de weduwe of weduwnaar moet regelen. Daarnaast zitten ze ook met heel wat vragen, zoals: “Hoe moet ik het overlijden melden?”, “Wat gebeurt er met mijn pensioen?” of ‘Waar heb ik recht op?”. Op die laatste vraag geven wij hieronder een antwoord.


OVERGANGSUITKERING VERSUS OVERLEVINGSPENSIOEN 

Weduwen of weduwnaars die hun huwelijkspartner verliezen, krijgen

momenteel een financiële uitkering: een overgangsuitkering of een overlevingspensioen. Om één van deze uitkeringen te krijgen, maakt het niet uit of de overleden huwelijkspartner al met pensioen was of niet.

Wie 48 jaar en 6 maanden of ouder is, heeft onder bepaalde voorwaarden recht op een overlevingspensioen. Wie jonger is, heeft onder bepaalde voorwaarden recht op een overgangsuitkering. Opgelet: deze leeftijdsvoorwaarde geldt voor 2022, maar wordt elk jaar met 6 maanden opgetrokken, om in 2025 de

minimumleeftijd van 50 jaar te bereiken. Verder moet er voor beide uitkeringen aan volgende voorwaarden voldaan worden:

  • Het koppel moet minstens 1 jaar gehuwd zijn (of in een gelijkgestelde situatie zitten) op het moment van overlijden van een huwelijkspartner;
  • De langstlevende huwelijkspartner mag niet hertrouwen;
  • De langstlevende huwelijkspartner mag niet veroordeeld zijn voor misdrijven tegenover de overleden huwelijkspartner.

Een overzicht

GezinssituatieDuur van de overgangsuitkering
Geen kind ten laste18 maanden
Enkel kind(eren) ten laste van 13 jaar of ouder36 maanden
Minstens 1 kind ten laste jonger dan 13 jaar48 maanden
Minstens 1 kind ten laste met een handicap (ongeacht de leeftijd
Een kind werd geboren binnen de 300 dagen na het overlijden

 

BEPERKING IN TIJD

Het grote verschil tussen een overlevingspensioen en een overgangsuitkering is de beperking in tijd. Deze beperking geldt alleen voor de overgangsuitkering. De duur van de overgangsuitkering hangt af van de gezinssituatie op het moment van overlijden van de huwelijkspartner:

De duur van de overgangsuitkering werd dus verlengd bij de hervorming van de overgangsuitkering eind 2021. Deze verlengde duur geldt wel alleen
voor overgangsuitkeringen die op 1 oktober
2021 nog uitbetaald werden en voor nieuwe overgangsuitkeringen.

 

HOE AANVRAGEN?

Hoe krijgt iemand nu een overlevingspensioen of overgangsuitkering? De weduwe of weduwnaar moet geen nieuwe aanvraag indienen als de overleden huwelijkspartner al gepensioneerd was. In alle andere gevallen wel. Dat kan via:

  • het online contactformulier op de website van de Pensioendienst,
  • de gratis Pensioenlijn 1765,
  • of het gemeentebestuur.

De Pensioendienst raadt aan om de aanvraag binnen de 12 maanden na het overlijden te doen. Als de aanvraag later ingediend wordt, heeft dit een invloed op de startdatum en de duur.
 

VEELGESTELDE VRAGEN

Een vraag die heel vaak de kop op steekt, is “Kan ik het overlevingspensioen of de overgangsuitkering met andere inkomsten combineren?”. Een overgangsuitkering kan met alle inkomsten gecombineerd worden. Bij een overlevingspensioen
is dit afhankelijk van de aard en de hoogte van de inkomsten. Alle informatie over pensioenen en andere inkomsten combineren staat op de website van de Pensioendienst.

Want: elke situatie is anders.

 

Bron: Funebra magazine

Delen